Saraswati Matthieu, een Groen politiek beest twitterde vroeger vandaag volgende tweet:
@msaraswati: Stadsboerderij op dak slachthuizen brusselnieuws.be/artikel/stadsb… soms is BXL de coolste stad ever #groenwerkt#fb
Hoe cool is dat? Een stadsboerderij in Brussel. Boven op het dak van de nog te bouwen voedingshal aan het slachthuis van Anderlecht, den Abbatoir zoals we plegen te zeggen. 30 are oppervlakte om groentjes te kweken, die lokaal kunnen afgezet worden. En de keuze gaan ook naar lokale groenten, zoals spruitjes (Brussels sprouts) of witloof (endives de Bruxelles). Deze worden verder aangevuld met asperges, verschillende soorten sla, worteltjes, champignons, prei etc.
Strikt praktisch heb ik enkele vraagtekens, zoals bvb de teelt van witloof is een 2jarige teelt, die zeer diverse omstandigheden nodig heeft om zowel wortels te telen als de kroppen te forceren.
Ook heeft bvb de teelt van asperges een totaal andere grond nodig dan champignons. Maar de specialisten ter zake zullen hier wel het nodige voor doen.
Ergens ben ik stiekem jaloers… Ik speel al heel lang met die idee, maar praktische uitwerking is moeilijk…. Het is een experiment waar het nodige budget moet voor uitgetrokken worden.
Maar ik ben wel blij. Zeer blij.
Een dergelijk project heeft invloed op verschillende vlakken. Den Abbatoir ligt vlakbij of in Kuregem, de “ambetantste” wijk van Brussel. Hoge werkloosheid, veel laaggeschoolden, armoede, criminaliteit. En als gevolg daarvan verloedering, slechte eetgewoontes of toegang tot (vers) voedsel, achteruitgang.
Een project als dit kan een uitkomst bieden voor de vele jongeren die op straat rond hangen.
Okay, op 30 are kan je geen 100 man te werk stellen, maar er gaat wel volk nodig zijn. Volk om in “de tuin” te werken, zaaien, wieden, onderhouden en oogsten. Volk om de bijhorende winkel te bemannen en de verse producten aan te prijzen.
Hopelijk zorgen deze mensen voor een sociale opwaardering door contacten met de klanten, door een positief gevoel over hun job, door dit uit te dragen.
De gekweekte groenten worden lokaal aan de man gebracht, de negatieve impact op het lokale leefmilieu is dus quasi nihil. Geen vrachtwagens die groenten over grote afstand aanvoeren. Geen luchtvervuiling, lawaai en gevaarlijke situaties.
De boerderij zelf heeft een aantal positieve invloeden op de omgeving, al zijn het kleine, maar vele kleintjes maken 1 groot. Zo vormt de tuin een regenwaterbuffer. Al het regenwater dat niet in het riool terecht komt zorgt voor minder belasting op de waterzuiveringsinstallaties. De planten zorgen voor een zekere vorm van luchtzuivering, al is dit maar miniem. Maar zoals ik al zei, alle beetjes helpen.
De stadsboerderij past in een groter geheel dat Kuregem en de buurt rond het slachthuis moet opwaarderen. Ik hoop dat er op meerdere plekken in Brussel dergelijke projecten worden opgestart. Maar over die hoop later meer, als ik mijn Masterplan Brussel uit de doeken doe 🙂
Het project kan rekenen op geld van het Gewest en de Europese Fondsen voor Regionale Ontwikkeling (Efro). Het project past in het masterplan voor de ontwikkeling van de site van de slachthuizen, goed voor een investering van 21 miljoen euro.
Een duurzame evolutie kan van Brussel terug een leefbare, aangename stad maken. Een evolutie die verder gaat dan economisch of bouwkundig, een evolutie die open staat voor het leven, sociale vooruitgang, een leefbare omgeving, waar mensen zich effectief goed voelen.